Het is op zich spectaculair dat er een wereld voor de onze is geweest met een beschaving die volledig is weggewist (2 Petrus 3:6). De Zondvloed was inderdaad globaal, anders had Noach met zijn gezin wel naar elders kunnen verhuizen. Ook de dieren hadden dit gekund. Het Zondvloedverhaal in Genesis 7 en 8 is duidelijk een oogetuigenverslag. Job schreef in Job 12:15
dat de wateren het land “omkeerden”. Uit andere Bijbelverzen blijkt ook dat de vloed wereldwijd was (Mattheüs 24:39; Lucas 17:27; 2 Petrus 2:5; 3:6; Job 22:16; Psalm 29:10; 104:6-9; Jesaja 54:9; 1 Petrus 3:20; Hebreeën 11:7).
Er was een explosieve wereldbevolking wat we in Genesis 6:1 lezen. De mensen werden toen veel ouder. Metusaleh werd 696 jaar. Alfred Rehwinkel schreef dat de bevolkingspopulatie wel 9 miljard of zelfs meer kon bedragen. Voor zo’n populatie is echter ook logistiek vereist en zaken als koelkasten, communicatiemiddelen, medische zorg en anticonceptie. Niemand weet precies hoeveel mensen er voor de Zondvloed waren. Maar het waren er zeker veel.
De stad Henoch die door Kaïn gebouwd was, was de eerst blauwdruk voor Atlantis zoals Babylon na de Vloed een nieuwe blauwdruk voor Atlantis was. De serpent die de Tuin van Eden binnen sloop was de blauwdruk voor Poseidon. De beschaving van deze wereld van de voortijd had een hoog peil. Er werden herdersfluiten gemaakt en koperen gereedschappen. We zullen echter niet overdrijven. Er waren geen laptops of electrische gitaren.
Na de Zondvloed vielen de Toren van Babel op als eerste technische hoogstand. Vele eeuwen later werden de piramiden gebouwd tijdens de periode van Exodus. Ze zijn jonger dan de meeste mensen denken en dateren van 1500 voor Christus. Ze werden gebouwd door de Israëlitische slaven. De Grote Piramide is een tempel voor de Sphinx, Baäl Tzafon (Exodus 14:1-2). Ze werden in elk geval niet door buitenaardsen gebouwd omdat farao het de Israëlieten zo moeilijk mogelijk wilde maken. Ze werden dus op een primitieve manier gemaakt. Wel waren er tovenaars in de buurt, Jannes en Jambres die misschien het ontwerp van de piramide hadden bepaald (2 Timotheus 3:8). Ze stonden echter met de handen in de zak en keken naar de ploeterende en zwoegende Israelitische slaven.
Koning Salomo verwees er in Prediker 4:1 naar toen hij de boze werken onder de hete zon noemde. Inderdaad staat het getal “6” van satan centraal in het ontwerp van de grote piramide. Het altaar voor de Heer in Jesaja 19:19 was dan ook heel iets anders en werd in een latere periode gebouwd.
De High-Tech die wij kennen is typisch iets van onze generatie. Door de eeuwen heen werden er wat “anomalie” dingen gevonden. Maar een paar anomalie dingen zoals het Antikythera Mechanisme maakt nog geen high tech beschaving. Wel raakt het Antikythera mechanisme aan symboliek zoals het Keltische Kruis, de hamers van Thor en de dondersteen van Zeus, de steen in Mekka en zelfs aan het hakenkruis.
De Nijldelta overstroomde vaak. Daarom werden er ook hydrolische werktuigen geplaatst. De Dendera lamp was zo’n hydrolische pers.